De functie is gepositioneerd binnen een sportbond die zich inzet voor (plm. 500) aangesloten verenigingen en (top)sporters (plm. 150.000) op het gebied van accommodatie, opleiding, promotie van de sport en sportontwikkeling (breedtesport). Daarnaast behartigt ze de belangen van de topsport ten behoeve van uitzendingen naar EK’s, WK’s en Olympische spelen. Er zijn in totaal ongeveer 75 medewerkers werkzaam bij de bond. Daarnaast zijn veel vrijwilligers actief in commissies en werkgroepen.
In de organisatie worden drie ‘managementlagen’ onderscheiden. De aansturing is georganiseerd vanuit het bestuur met ondersteuning van de directie (strategisch niveau), het management (tactisch) en de teamleiding (operationeel/functioneel). De teamleider II is gericht op het coördineren en aansturen van de operationele processen (b.v. facilitair, ondersteunend) en realiseren van de operationele resultaten met inzet en betrokkenheid van medewerkers.
Realiseren van de beoogde operationele doelstellingen met een effectieve en efficiënte inzet van middelen, mensen en materialen.
Direct leidinggevende: (tactisch) manager
Geeft leiding aan: ± 5 (functioneel)
Resultaat/bijdrage | Resultaatindicatoren |
---|---|
1. Input planvorming Vanuit inzicht in ontwikkelingen en prestaties van het eigen team is input geleverd aan de planvorming voor de afdeling. |
|
2. Operationeel resultaat De operationele processen binnen het eigen team zijn effectief aanen bijgestuurd, zodanig dat de beoogde resultaten voor productiviteit, dienstverlening, kwaliteit, budget daadwerkelijk zijn gerealiseerd. |
|
3. Operationele randvoorwaarden De operationele randvoorwaarden (processen, procedures, middelen, systemen, instructies, bezetting e.d.) voor een ongestoorde voortgang en effectieve uitvoering van het operationeel proces zijn beschikbaar, ook voor specifiek toegewezen aandachtsgebieden. |
|
4. Verbetering & optimalisatie Vanuit inzicht in ontwikkelingen en structurele verstoringen is inhoudelijk en organisatorisch bijgedragen aan de uitwerking en implementatie van verbeteringen in het operationeel proces, ook voor specifiek toegewezen aandachtsgebieden. |
|
5. Rapportage & verantwoording De operationele resultaten van het team zijn intern gerapporteerd en verantwoord, waarbij inzicht is gegeven in de oorzaak van afwijkingen t.a.v. KPI’s, normen en budget. |
|
Kenmerk | Teamleider I | Teamleider II | Teamleider III |
---|---|---|---|
Context |
|
|
|
Complexiteit aandachtsgebied/ proces |
|
|
|
Vrijheidsgraden |
|
|
|
Functiegroep | 7 | 8 | 9 |
Bepaalt zelf mee welke resultaten hij/zij dient te behalen, maakt zich verantwoordelijk voor het gezamenlijk resultaat van het team of de afdeling en attendeert over de grenzen van het eigen team/afdeling heen.
Plannen en organiseren (ontwikkelingsstap II)
Stelt een duidelijke planning op en weegt af of activiteiten passen bij de doelstelling van het werk en bewaakt de voortgang.
Stuurt (samen met de anderen) aan op het bereiken van gezamenlijke doelen door de samenwerking en de effectiviteit te stimuleren.
Draagt eigen ideeën en meningen uit, boeit anderen door aanstekelijk enthousiasme en het doel van acceptabele, onafhankelijke uitspraken.