Digital architect II

Context

De functie is gepositioneerd binnen een sportbond die zich inzet voor aangesloten verenigingen en (top)sporters op het gebied van accommodatie, opleiding, promotie van de sport en sportontwikkeling (breedtesport). Daarnaast behartigt ze de belangen van de topsport ten behoeve van uitzendingen naar EK’s, WK’s en Olympische spelen. Er zijn in totaal ongeveer 250 medewerkers werkzaam bij de bond. Daarnaast zijn veel vrijwilligers actief in commissies en werkgroepen.

De digital architect is verantwoordelijk voor het opstellen en borgen van de architectuurrichtlijnen ((beleids-)uitgangspunten, kaders, normen, standaarden, e.d.) voor alle IT-onderdelen/aspecten van de organisatie (op strategisch niveau), zoals de IT-infrastructuur met te gebruiken systemen, applicatielandschap, datastructuur en informatiebeveiliging, e.e.a. op basis van technologische ontwikkelingen, veiligheidsissues of andere ontwikkelingen in bedrijfsvoering en binnen de kaders van de organisatiestrategie en -doelstellingen. Door het doen van onderzoek en maken van analyses m.b.t. de interne bedrijfsprocessen of externe ontwikkelingen is/zijn de nodige architectuur(wijzigingen) vormgegeven die vervolgens door begeleiding van een veranderings- en implementatietraject wordt/worden gerealiseerd. De digital architect dient als sparringpartner voor de directie en ziet toe op en toetst een juiste naleving en toepassing van de opgestelde architectuurlijnen.

Doel

De IT-architectuur van de organisatie voldoet continu aan de (gewijzigde) (beleids-)uitgangspunten, kaders, normen waarbij de architect (eind-)verantwoordelijk is op het IT-gebied en voor de samenhang en structuur van de diverse IT-systemen. Functiehouder zorgt voor een robuust en toekomstbestendig IT-landschap waarbij alle losse onderdelen binnen het landschap zo goed en efficiënt mogelijk worden benut.

Rapportagestructuur

Direct leidinggevende: directielid portefeuille ICT
Geeft leiding aan: niet van toepassing

Resultaat/bijdrage	Resultaatindicatoren
1. Richtlijnen IT architectuur In- en externe ontwikkelingen – waaronder organisatie- en afdelingsstrategie, businessbehoeften, ontwikkelingen in wet- en regelgeving – zijn vertaald naar ((beleids-)kaders voor de IT-infrastructuur inclusief te gebruiken systemen, applicatielandschap, datastructuur en informatiebeveiliging. De kaders zijn vertaald naar een coherent framework van richtlijnen en standaarden voor projecten en ontwikkelingen.	kaders aansluitend op strategisch en tactisch beleid; eenduidige richtlijnen voor infrastructuur en architectuur; draagvlak, acceptatie bij betrokkenen.
2. Architectuur(wijzigingen) Externe ontwikkelingen, alsook (toekomstige wijzigingen in) bedrijfsprocessen zijn onderzocht en geanalyseerd en getoetst aan IT-architectuurkaders. Op basis van de analyse zijn ontwerpen ontwikkeld, waarbij ook externe partijen zijn betrokken.	kwaliteit analyses; passend binnen kaders; kwaliteit technisch ontwerp.
3. Veranderings- en implementatietrajecten Ontworpen wijzigingen in de architectuur zijn nader vorm gegeven en veranderings- en implementatietrajecten zijn gerealiseerd. In de rol van projectleider zijn (organisatiebrede) projecten gerealiseerd door het zowel inhoudelijk als organisatorisch geven van sturing aan de inzet en bijdragen van betrokkenen, het toepassen van passende werkvormen en instrumenten, bewaken en bijsturen van het te bereiken resultaat.	kwaliteit technisch ontwerp; onderbouwd projectplan (resultaat, planning, budget); realisatie project conform plan ten aanzien van resultaat, effect, planning, budget e.d.; effectieve bijsturing bij (dreigende) verstoringen, issues; draagvlak, acceptatie, betrokkenheid in- en extern.
4. Advies Directie is geadviseerd omtrent IT-gerelateerde (on)mogelijkheden in hun bedrijfsvoering.	gevraagde en ongevraagde adviezen; acceptatie adviezen; tevredenheid management.
5. Toepassing en naleving Door het effectief uitdragen van de architectuurrichtlijnen is bijgedragen aan het toepassen en naleven van het ‘werken onder architectuur’ binnen de organisatie, ook door externe dienstverleners.	bekendheid richtlijnen in- en extern; bewustzijn van belang richtlijnen in- en extern; mate waarin richtlijnen worden nageleefd in bedrijfsprocessen.

Bezwarende werkomstandigheden

Geen bijzondere.

Kenmerk	Digital architect I	Digital architect II
Focus	Nadruk ligt op: het proactief en in (aankomende) projecten helpen definiëren van de businessbehoeften en deze analyseren met het oog op de gegeven architectuurkaders; het samenbrengen van kennis van de technieken en het applicatielandschap met die van de specifieke bedrijfsprocessen en hiermee tevens overbruggen van de afstand tussen business en IT; het aansturen (op inhoud) van leveranciers in de realisatie van globaal technische ontwerpen (in projecten).	Nadruk ligt op: het vertalen van externe ontwikkelingen en de strategie/ doelstellingen van de organisatie naar beleid, plan en kaders voor IT-infrastructuur en -architectuur; het overleggen met en adviseren van proceseigenaren en directie om bepaalde processen in te gaan regelen of te herontwikkelen; het omzetten van adviezen in de realisatie van verbeterde of aangepast (gedigitaliseerde) processen; adviseren van directie om het IT-landschap aan te passen (bijvoorbeeld applicaties uitfaseren en nieuwe introduceren).
Functiegroep	11	12

Kennis en betekenisvolle ervaring

hbo/wo werk- en denkniveau;
enige jaren relevante werkervaring in een soortgelijke functie;
brede kennis van (mogelijkheden) in het IT-vakgebied;
inzicht in strategische bedrijfsprocessen.

Competenties/gedragsvoorbeelden

Organisatiesensitiviteit (ontwikkelingsstap III)

Creëert draagvlak voor ideeën en initiatieven op basis van de organisatiedoelstellingen en de machtsverhoudingen binnen de organisatie.

beheert vertrouwelijke informatie en blijft deze ook onder extreme druk afschermen voor anderen;
handelt op de juiste wijze naar de formele en informele structuur en de belangen binnen de eigen organisatie;
speelt in op belangen en reacties van de ander en kiest een passende invloedstijl;
stuurt op communicatie- (interactie) en gevoelsniveau.

Adviesvaardigheden (ontwikkelingsstap IV)

Is in staat om die oplossingen aan te reiken die niet alleen het antwoord zijn op het vraagstuk, maar ook op andere terreinen voor de klant een positief effect hebben.

gebruikt kennis, technieken en methoden uit meerdere vakdisciplines;
betrekt bij het vraagstuk ook aanverwante terreinen die voor de klant van belang zijn;
stelt zich op als deskundig klankbord voor de klant.

Analyseren (ontwikkelingsstap IV)

Kan kernvragen c.q. -problemen als geheel analyseren en de invloed hiervan op de organisatie en werksituatie beschrijven. Kan nieuwe situatie op een heldere en duidelijke manier inzichtelijk maken.

overziet de gevolgen voor de organisatie op korte en lange termijn;
legt logische verbanden tussen de kernvragen c.q. problemen en de doelstellingen van de organisatie;
doorgrondt onbekende of ongebruikelijke situaties vlot en identificeert een reeks van oplossingen.

Plannen en organiseren (ontwikkelingsstap IV)

Vertaalt beleid naar concrete werkzaamheden en doelen en stelt organisatorische prioriteiten en tijdslijnen vast.

stelt anderen in staat om meer controle te krijgen op de projectvoortgang en de resultaten;
stelt prioriteiten in de doelstellingen en werkzaamheden en behoudt, ook voor anderen, het overzicht;
coördineert veel werkzaamheden die inhoudelijk van elkaar verschillen en die een lange doorlooptijd of gevolgen op lange termijn hebben;
werkt beleidsvoornemens uit tot uitvoeringsplannen.

Voor deze functie hebben wij de volgende downloads beschikbaar